zaterdag 13 december 2014

Bali 2014 - Fietsen door Sanur

De fietsen zijn een belangrijk vervoermiddel geworden. In het begin bleef ik netjes links, vlak langs de hoge stoeprand rijden, maar dan heb je in noodgevallen geen uitwijkruimte meer, dus nu blijf ik stug wat meer naar het midden rijden, zet mijn ellebogen wat breder uit en geef door mijn houding aan dat ik niet zomaar ga stoppen. Je wordt wel aan alle kanten gesneden en de auto's passeren wel heel rakelings langs je heen, maar tot nu toe gaat het goed en heb geen ongelukken veroorzaakt. We hebben kort overwogen om een keer naar Denpasar te fietsen, maar die kamikaze-actie hebben we meteen verworpen.


Neef Martin had ons aangeraden om naar pasar Sindhu te gaan, een overdekte markt, waar elke avonds op het voorterrein ook een pasar malam wordt gehouden. In de warungs eromheen kun je daar dan lekker eten. Wanneer we onze fietsen stallen, komt er meteen een vrouw op ons af, die uitgebreid uitlegt wat er zoal te doen is daar. Ze eindigt met 'My warung ya, there in the corner. You come visit me after you finish.' Ik knik en ga de hal in waar de geur van vlees, vis, groente en fruit als een dikke deken over me heen valt. Het is typisch dat wanneer er zoveel warungs bijeen staan, ze allemaal hetzelfde verkopen. Er is geen variëteit. Als ik een verkoopster was, zou ik goed in de gaten houden wat een klant in de warung naast me had gekocht en iets aanbieden dat daar bij past b.v. een hoed bij een sarong, of een mooie ketting.


Wanneer we uit de hal komen, word ik meteen door de verkoopster in de nek gesprongen. 'Now you come with me. Look at my sarongs.' Wanneer ze hoort dat we uit Nederland komen, zegt ze dat ze een keer in Nederland is geweest. In Koog aan de Zaan. Een liedje van Annie M.G. 'Hendrik Haan uit Koog aan de Zaan heeft zijn kraan open laten staan,' schiet me meteen te binnen. Reden genoeg om bij deze verkoopster een veel te dure harembroek te kopen. Haar overige aanbiedingen sla ik vriendelijk maar beslist af. De herenshirts lijken qua maat meer geschikt voor kinderen.

Het wordt tijd voor de eerste versnapering aan het strand en we rijden een straatje in dat naar het strand moet leiden. De straat loopt een beetje af maar ondanks de vaart zie ik een uithangbord met 'Leather Shop'. Ik heb van meerdere vrienden en bekenden gehoord dat het heel lucratief is om een customized tas of (leren) kleding te laten maken. Ik ben een tassenfreak en rij terug. De winkel heet 'Gong' en is niet groter dan 2,5 x 5 meter. Een vrij jonge man zit in kleermakerszit op de grond aan een portemonnee te werken. Aan een lijn die langs de wand gespannen is, zie ik allerlei modellen tassen hangen. Ik zie een mooi model, maar de kleur is saai. 'No problem, ibu, I have every colour,' en hij wijst op een tweede lijn waaraan allerlei gekleurde lapjes leer hangen. De keuze is snel gemaakt en de afspraak is dat ik de tas over vijf dagen kan ophalen. Uiteindelijk heeft het negen dagen geduurd voordat de tas klaar was.



Op de strandweg stoppen we eerst bij Sanur Beach Market, waar ik eerder hun bonnetje niet begreep doordat ik het handschrift op z'n kop probeerde te lezen. Ze hebben daar gratis supersnelle wifi. Wanneer je een Facebookbericht wilt plaatsen met wifi in ons hotel duurt het zó lang dat je ondertussen een dagtrip naar Lombok kunt maken.
In dit strandcafé krijg je, ongeacht hoe laat het is, een schotel pinda's. Ze zijn erg lekker en dat vinden de duiven ook. Ze trippelen nonchalant rond mijn voeten maar houden goed in de gaten of die hand met pinda's naar mijn mond, of naar hen gaat. Ik gooi hier en daar een pinda en verwonder me over de gespikkelde kapmanteltjes die ze om lijken te hebben.


Terwijl een visser zich gereed maakt om een middagje in het water te staan, zie ik hoe een oude vrouw – tandeloos, in erg versleten kleding en met een zak waarin ze lege blikjes verzamelt – probeert een praatje aan te knopen met een toeristenmeisje van een jaar of twee. De ouders kijken een beetje verstoord en trekken het kind al heel snel mee. Ik zie dat Dick wat briefjes van 1000, 2000 en 5000 rupiah uit zijn portemonnee trekt en het aan haar geeft. Zij pakt zijn beide handen vast en bedankt hem blij. We verstaan haar niet, maar haar ogen spreken boekdelen. Daarna loopt ze op mij af en ik onderga hetzelfde. Ik vond het niet gepast om een foto van haar te maken.


Ik heb niet alleen de harembroek in mijn mandje, maar ook een zak hondenkoekjes. Zo af en toe gooi ik een loslopende hond wat toe. Soms vinden ze het wel, soms niet, maar dat is geen probleem, wetende dat ze het strand meter na meter besnuffelen of er iets eetbaars is.
Bij het Wave Café is het nog rustig. Dick heeft wat tekenspullen meegenomen en begint te schetsen. Hier zit je vlak bij het water en ben je de drukte van de hotels voorbij. In de branding vaart een vrachtschip. Ik weet niet wat de kapitein stookt, maar de smerige lucht is zelfs vanaf die afstand tot bij ons te ruiken.


We drinken wat, eten wat, kletsen wat, of zijn gewoon met onze eigen gedachten bezig. Heel even flitst het door mijn hoofd hoe Willem het heeft bij De Kattenboom in Liessel, maar dat duurt maar even. Ik kan er nu toch niets aan doen wanneer het hem tegenvalt. Een strandhond dient zich aan en ik leg de stukjes vlees en ei van de nasi goreng op de rand van mijn bord. Ook strandhonden mogen weleens geluk hebben.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten