vrijdag 22 augustus 2014

Bali 2014 – Wandelen door Ubud

"You want transfer to centre Ubud? We can arrange that for you,' zegt een vriendelijk personeelslid van het hotel. Ze zijn hier vriendelijk, ik vind hen zelfs overvriendelijk. De heenweg doen we per auto, de terugweg gaan we te voet, besluiten we dapper.
De rit naar het centrum duurt 10 minuten over drukke weggetjes. Onderweg zie ik beneden in een dal een vrouw in de rivier de was doen. Haar man helpt haar met het boenen. 
Ubud is het Zandvoort van Bali. Op elke meter staan mannen bordjes omhoog te houden met 'Taxi', spreken vrouwen je aan met "You want massage?' en stoppen brommertjes bij je, openen een zakje, halen er een vaag souveniertje uit en vragen "You want buy? Only one dollar!" Ik kijk hen wazig aan vanwege het zweet dat in mijn ogen is gelopen en schud mijn hoofd. "Tidak beli? Ahhh" en weg zijn ze. Zo te zien wordt het vanavond alleen rijst met ketjap eten voor hen. 

Het centrum van Ubud bestaat uit open warungs aan de straat, luxere winkels en vooral veel eethuisjes en cafeetjes.
Ik ben eigenlijk op zoek naar aparte kleding. Niet de 'en masse' geproduceerde sarongs en jurken, maar iets van aparte snit met apart patroon. Eindelijk zie ik een boetiekje. Exclusive Balinese Design staat er op de ruit en wat ik binnen zie is veelbelovend. Het is een echte winkel, geen warung, en om dat te benadrukken staat er ook 'Fixed Prices' op de deur. Fijn, denk ik, want ik ben niet in de stemming om af te dingen en bivendien zou niet weten wat de kleding waard is. Tijdens het passen van een lange batik broekrok, hoor ik de verkoopster tegen een klant zeggen dat de blouse die ze aan het passen was 900.000 rupiah kost. Ik ben benieuwd hoeveel mijn broek zou moeten kosten, maar ik kan nergens een kaartje vinden. Ook niet op de andere kledingstukken. Dus zo werkt het: je past iets en dan fixt de verkoopster een prijs voor je. Ik schat dat mijn kledingstuk ver over een miljoen moet opbrengen. Dat heb ik er niet voor over. Na een waardig afscheid met veel verontschuldigingen van mijn kant en veel uitingen van teleurstelling van de hare, verlaat ik de zaak. Dick, die zich al op een stoel geïnstalleerd had voor een lange koopsessie, staat zuchtend op.

Het wordt tijd dat we weer richting hotel gaan. De afstand vanaf hier moet ongeveer vijf kilometer zijn. Vanmorgen had ik optimistisch een paar sandaaltjes aangetrokken. Had ik nu maar wat stevigers aangetrokken.
Aan het verkeer raak je gewend. Ze zullen je niet expres aanrijden hoewel de fysieke afstand soms maar enkele centimeters bedraagt. Het zijn vooral de gaten, stoepen en onbedekte putten die het lopen een avontuurlijke onderneming maken. Het is een zintuiglijke beleving: je neus wordt door allerlei dampen geprikkeld, niet alleen door uitlaatgassen maar gelukkig ook door de hongeropwekkende verse sambal goreng geuren die uit allerlei restaurantkeukens waaien. Je oren die het achteropkomende verkeer proberen in te schatten. Mijn wandelregel is nu dat ik pas een poging doe om aan de kant te gaan wanneer er getoeterd wordt. Wat mijn ogen betreft zou ik graag een kameleon willen zijn: eentje voor de obstakels op de weg en eentje voor mijn omgeving. 


Aan de overkant van de weg hoor ik hard gekraai. Het komt niet achter een muur vandaan maar toch zie ik niets. Gelukkig blijft het niet bij één keer om te bepalen waar hij zit. 
De mooie, trotse haan zit in een prachtige kooi met een diameter van hooguit 50 cm in de brandende zon vlak langs de weg. De vraag is of dat gekraai als strijd- dan wel hulpkreet was bedoeld. Voor hem geen wellness of well-being. 
Niet ver van de ongelukkige haan staat een winkel met 'Peace' en 'Harmony' op de ruit. Maar die twee zijn meer voor mensen bedoeld. 
Ubud niet alleen het culturele, maar ook het spirituele centrum van Bali. Er zijn veel yogastudio's, centra voor wellness en vegetarische kook- en eetgelegenheden.




Inmiddels zit ik zwaar te twijfelen over mijn eigen wellness maar lang duurt het niet. Aan de ene kant van de weg wordt door een groep jongeren, gekleed in rood-wit trainingspak onder leiding van militaire instructeurs geoefend op een soort mars. Het wil maar niet lukken. Zelfs stilstaan gaat niet synchroon. Dat wordt nog heel wat drilwerk voordat ze klaar zijn voor de Onafhankelijkheidsdagparade op 17 augustus. 
Recht tegenover aan de andere kant van de straat wordt ook gewerkt maar nu met veel meer enthousiasme. In het kader van 'Bali Green And Clean' houden schoolkinderen een grote opruimsessie. Luid schreeuwend kiepen ze de ene na de andere bak leeg in een container. Mezelf kennende weet ik dat ik als kind vooraan zou staan bij zo'n karwei. Een stukje fanatisme is mij niet vreemd....
Ouders staan er tevreden lachend omheen en kijken vol trots naar de passanten alsof ze zeggen 'Kijk eens naar onze anak-anak kecil!'



Nog een kilometer te gaan naar ons hotel. Net wanneer ik denk 'Nu wil ik een taxi' zie ik beneden het wassende echtpaar in de kali staan. Ze zijn nog steeds niet klaar met met borstelen en slaan van de was. Ik steek als groet mijn hand op en maak het gebaar van fotograferen. Hij knikt en neemt meteen een actieve pose aan. Ik had niks om hem te geven maar als hij daar morgen weer bezig is, kom ik hem een van de nieuwe poloshirts brengen die ik speciaal voor zo'n gelegenheid heb meegenomen. Maar dan heeft hij wel weer meer wasgoed...




Geen opmerkingen:

Een reactie posten